Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem heeft aan de Provincie Noord-Holland een omgevingsvergunning verleend voor de bouw van een ondergrondse parkeergarage en een nieuwe kantoorvleugel op het perceel Dreef 3 te Haarlem. Volgens appellant in de hoger beroepsprocedure en de procedure om een verzoek om een voorlopige voorziening, is ten onrechte de aangrenzende rijksmonumentale dokterswoning niet in het bouwplan meegenomen. Om die reden is volgens appellant de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing en is het door hem ingestelde beroep ten onrechte niet-ontvankelijk verklaard.
Voorop staat dat volgens artikel 3.7 lid 1 Wabo in samenhang met artikel 3.10 lid 1 Wabo de reguliere voorbereidingsprocedure op een aanvraag om een omgevingsvergunning van toepassing is, tenzij de uitgebreide voorbereidingsprocedure geldt. Welke voorbereidingsprocedure van toepassing is, hangt af van de aangevraagde activiteiten.
De voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State overweegt dat in de aanvraag geen activiteiten zijn opgenomen, die een uitgebreide voorbereidingsprocedure vereisen. Het ingediende bouwplan laat de functie van de dokterswoning ongewijzigd. De aanvraag zag niet op ingrijpende gevolgen voor het rijksmonument. Om die reden was dan ook geen uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing. De uitspraak van de rechtbank Noord-Holland wordt bevestigd en het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen.
Zie: ABRvS 19 februari 2014, zaaknummer: 201311187/1/A1 en 201311187/2/A1, ECLI:NL:RVS:2014:702